Maria Magdalena

Deze boeiende vrouw heeft haar mysteries nog lang niet prijsgegeven. Myriam Migdal Eder, de naam waaronder zij in het verleden bekend stond, zou volgens de Dode Zee rollen deskundige professor Barbara Thiering in het jaar 3 zijn geboren. Haar ouders waren de Jairuspriester Syrus en Eucharia, een prinses uit het koninklijke Hasmonese Huis. Op haar 14de werd ze priesteres van een esoterische Orde en kreeg ze de symbolische naam Myriam. Ze is het meest bekend om de zalving van Jezus met nardusbalsem. Zij woonde samen met haar zuster Martha en haar broer Lazarus oftewel Simon van Cyrene, die hoogstwaarschijnlijk niet haar familie waren maar een broeder en zuster in de Orde, in Bethanië, een plaats waar Jezus later vaak zou komen. Men kan Bethanië het beste omschrijven als een opvangcentrum voor zieken, gewonden en zwangere vrouwen en tegelijkertijd een van de centra van de orde der Essenen, waar zij lid van waren. Deze geestelijke Orde heeft Egyptisch/Indische wortels.

In de eerste eeuw waren er heel veel verschillende religieuze groeperingen. Velen gingen terug tot de oudste religies en rituelen. Daarvan waren vele verwant aan Egypte, India en het oude Mesopotamië. Een rode draad in al die rituelen was het geloof in de Moedergodin. Deze moedergodin had vele namen naar gelang haar plaats van verering. Artemis, Astarte, Ishtar, Isis, met al deze namen werd de Moedergodin aangeduid. Haar symbolen waren o.a. de bron, met het eeuwige levenswater, en de grot, symbool van de baarmoeder. De Moedergodin was de kern van het bestaan. Zij zorgde voor de vruchtbaarheid en het leven. De Onze Lieve Vrouwe cultuur is zo oud en zo diep geworteld in het bewustzijn van de mens, dat men ook in de Christelijke periode hier niet omheen kon. In de eerste paar eeuwen was Maria Magdalena, die volgens velen de vrouw was van Jezus, de belangrijkste vrouw en fungeerde zij als de vertegenwoordigster van de Moedergodin. In het begin zag men Jezus en Maria zelfs als een reincarnatie van Osiris en Isis, de Egyptische god en godin van het leven, het leven na de dood en de vruchtbaarheid. Het vrouwelijke aspect in het Midden Oosten is mede door het patriarchale Jodendom enorm op de achtergrond geraakt. Jezus was één van de zogenaamde "heilige mannen" in het Midden-Oosten die probeerde om de balans weer te herstellen. Dit was niet gemakkelijk, want met name Petrus was zeer tegen vrouwen en vond zelfs dat ze het recht op leven niet hadden. Myriam was echter heel intelligent en Jezus' liefde en respect voor haar veroorzaakte zelfs jaloezie onder de discipelen. Jezus zei op een dag, "zal ik haar dan een man maken, zodat ze gelijk aan ons is?"

Maria Magdalena werd volgens Barbara Thiering in het jaar 44 verbannen na een arrestatie die in verband werd gebracht met een opstand. Zij en haar familie en vrienden werden op een boot gezet en landden vervolgens in Frankrijk, naar men zegt aan de kust van de Camarque. De geschiedenis laat echter zien dat de meeste koopvaardijschepen waarmee de vluchtelingen in de eerste eeuw uit het heilige Land naar Frankrijk en Spanje vluchtten, naar Caucoliberis (het huidige Collioure) voeren, een oude Phoenicische havenplaats in het uiterse zuiden van de Languedoc-Roussillon/Occitanië. Het is dus goed mogelijk dat Maria Magdalena niet in de Provence - waar veel Romeinse soldaten waren - maar in de veiligere Languedoc haar bestaan heeft proberen op te bouwen. Wat voor werk zij in Zuid-Frankrijk ook heeft gedaan, het heeft een enorme impact gehad op de bevolking van de streek. De Onze Lieve Vrouwe cultus en de Zwarte Madonna cultus werden nieuw leven ingeblazen. Er ontstonden instituten waar o.a. zieken en weeskinderen werden opgevangen. Vrouwen waren in de Languedoc, in tegenstelling tot het overgrote overige deel van Europa, over het algemeen gelijk aan de mannen en sommigen beweren zelfs, dat Maria Magdalena de grondslag had gelegd in de geloofsrichting van de Zuid-Franse Katharen, die in de 12de en 13de eeuw in de Languedoc met hun vroegchristelijke leer volgens Rome een bedreiging gingen vormen voor de Rooms-katholieke kerk. In deze periode floreerde de geheimzinnige Orde der Tempeliers, die hun eed zwoeren op de Lieve Vrouwe van Zion en Bethanië en een eigen staat wilde stichten in de Languedoc. Zij staken geen vinger uit naar de Katharen en haalden daarmee de woede van kerk en staat over zich heen. Zij waren verantwoordelijk voor een groot deel van de relikwieën die in de loop der tijd in Frankrijk, Spanje en Portugal aan kerken werden geschonken. Hierdoor ontstonden er populaire pelgrimplaatsen, waar massa's mensen heentrokken om op de een of andere manier in aanraking te komen met het goddelijke aspect. Eén van de belangrijkste pelgrimplaatsen was Santiago de Compostela in Noord-Spanje.

Maar wie was nu Sint Jacob? In het jaar 44 gebeurde er heel veel in Israël. Binnen in de jonge christelijke gemeenschap ontstaat een scheuring. In het land is er een tweedeling tussen nationalisten en aanhangers van Agrippa II. Volgens de overlevering reisde de apostel Jacobus vanuit zijn zendingsland Spanje terug naar Israël, waar hij echter gevangen werd genomen en werd onthoofd. Vervolgens zouden zijn aanhangers zijn lichaam hebben terug gesmokkeld naar Spanje, waar hij uiteindelijk werd begraven. Geschiedkundig gezien is het overigens goed mogelijk dat niet hij, maar een andere Jacobus werd geëxecuteerd, namelijk Jacobus van Zebedee. In dat geval zou "onze" Jacobus gewoon terug kunnen zijn gereisd/gevlucht naar Spanje, waar hij op latere datum overleed. Er zijn talrijke verhalen en legenden over Jacobus' terugkeer in Spanje en de latere wonderen en werken van de heilige. Er is echter genoeg bewijs gevonden om aan te nemen dat Jacobus de Oudere, discipel en volgens historicus Robert Eisenman hoogstwaarschijnlijk de broer van Jezus, in Santiago de Compostela begraven lag. In 813 zou dit gebeente op de plaats van de huidige kathedraal zijn teruggevonden. Sindsdien kwamen berichten los over de eerste wonderen en stroomden de pelgrims over de z.g. Jacobsroute uit alle landen van Europa naar Santiago.

Op de route naar Santiago de Compostela ontstonden vele kerken en kathedralen waar men relikwieën aan schonk. Zo werd de pelgrimtocht naar Santiago één van de belangrijkste tochten voor de gelovigen na Jeruzalem en Rome. Op deze route lag Vezelay.



De abdij van Vezelay werd al in 864 gesticht en het is opvallend dat al in deze periode men het de naam La Madeleine gaf. Men bewaarde hier de relikwieën van niemand minder dan Maria Magdalena. Deze kathedraal werd één van de belangrijkste pelgrimplaatsen van het Christendom. In 1146 werd op deze plaats door Bernardus van Clairvaux, de beschermheer van de Tempeliers en het hoofd van de Cisterciënzer Orde, de Tweede Kruistocht naar het heilige Land afgeroepen, ten einde Jeruzalem en het heilige Land voor het Christendom te behouden.

In Saint-Maximin-la-Sainte-Baume bevindt zich een grote gotische basiliek gewijd aan Maria Magdalena. Deze heilige zou in de buurt van Saint-Maximin in een grot verbleven hebben (baume is Provençaals voor grot), slechts bedekt door haar lange haar. Hiermee vermengen twee Maria's zich met elkaar. De heilige Maria van Egypte die naakt was en zich slechts bedekte met haar haar, en Maria Magdalena. Omdat de Bijbel niet altijd duidelijk is als het om namen gaat, wie met wie wordt bedoeld, is deze vermenging van de twee Maria's niet uitzonderlijk. Zo zouden Maria van Bethanië en Maria Magdalena één persoon kunnen zijn, maar ook twee verschillende personen. Het graf van Maria Magdalena zou zich onder de basiliek bevinden. Bewijzen zijn er echter niet.

De laatste decennia en vooral na de bestseller de Da Vinci Code is ook het kleine dorpje Rennes-le-Chateau in de Corbière een Maria Magdalena pelgrimsplaats geworden. Nieuw onderzoek wijst uit dat er een voorzichtige moge-lijkheid is, dat Maria Magdalena in de crypte van het kerkje La Madeleine in Rennes-le-Chateau begraven ligt. Onderzoekers zijn er nog steeds mee bezig maar men mag tot 2015 de crypte niet in, door een voorval met het Vaticaan tijdens een onderzoek van Robert Eisenman, hetgeen genoeg vragen oproept voor speculatie.

Les Saintes Maries de la Mer is de hoofdstad van de Camarque. De plaats heeft zijn naam te danken aan de legende rondom de drie Maria's, die hier in de eerste eeuw aan land waren gekomen om het christendom in Gallië te prediken. Al sinds het vroege christendom is Les Saintes Maries de la Mer een heilige plek, waar volgens de legende Bijbelse figuren de Franse bodem betraden. Volgens het verhaal was het schip dat de drie Maria's naar Frankrijk bracht voor de kust tijdens een noodweer in gevaar geraakt. Toen het zigeunermeisje Sara dit zag, waarschuwde ze snel haar clan, zodat iedereen kon worden gered.

Tijdens het meifeest komen de zigeuners naar de Camarque om het herdenkingsfeest te vieren, waarbij het beeld van Sara een stukje de zee in wordt gedragen om symbolisch de Maria's tegemoet te komen. Dat Sara een dochter zou zijn van Maria Magdalena is echter een mythe van de laatste tijd en dit maakt ook geen deel uit van de traditie. Daarbij waren de drie Maria's die hier aan land kwamen Maria Salome, Maria Jacobe en Maria Martha. Maria Magdalena is ook later toegevoegd aan het verhaal, waarschijnlijk om de ketterse Provence te kerstenen door er pelgrims heen te lokken met relieken en verhalen over heiligen die hier - wel of niet - zouden zijn geweest.

Wie Maria Magdalena werkelijk was, en wat voor een belangrijke taak zij oorspronkelijk had, zullen wij misschien nooit te weten komen. Maar dat zij veel meer was dan de persoon die we uit de Bijbel kennen, kan gerust worden aangenomen. Zij symboliseert vooraleerst het vrouwelijk aspect, dat in de bijna tweeduizend jaar van het patriarchale christendom grotendeels is weggedrukt. De vrouwelijke tegenhanger van Jezus, die in Frankrijk enorm populair is, niet als de onterecht vermeende bekeerde zondares, maar als een belangrijke discipel van Jesus, en misschien zelfs zijn vrouw en ware opvolger.